Sitemap | Zoeken | Contact |
Albino Luciani > Teksten en toespraken






Illustrissimi


Brieven aan beroemde mensen


INHOUD

 

Inleiding

Kardinaal Albino Luciani, tot dan als patriarch van Venetië vrij onbekend, heeft in de 33 dagen tussen zijn weinig verwachte keuze tot paus en zijn geheel onverwacht overlijden, een verrassende en weldadige indruk op heel de wereld gemaakt. De ontwapenende eenvoud en beminnelijkheid van zijn verschijning en het directe en bevattelijke van zijn verkondiging schiepen onmiddellijk een heel bijzonder contact met de mensen: met de honderdduizenden in Rome aanwezigen en - via de media met honderden miljoenen overal.

 

Bij zijn plotselinge dood is opgemerkt dat hij, naast zijn mondelinge verkondiging gedurende de luttele weken van zijn pontificaat, zelfs de tijd niet heeft gehad om ook maar enig geestelijk testament op papier te zetten. Zo'n testament was echter reeds geschreven voordat hij paus werd. Een testament, waaruit zijn persoon en zijn boodschap op zeer levendige wijze naar voren treden; datgene althans, wat hij bij zijn pauskeuze inbracht (ongeacht dus, wat men daar als paus nog bij krijgt). Hierbij gaat het om de pastorale bijdragen die hij als patriarch jarenlang voor de periodiek Messaggero di S. Antonio heeft geleverd in de vorm van brieven aan bekende of minder bekende figuren uit geschiedenis en literatuur.

 

Op het eerste gezicht ligt de vraag voor de hand, welke zin het heeft brieven te schrijven aan personen die al lang dood zijn (of zelfs nooit bestaan hebben). Maar reeds aanstonds wordt duidelijk, dat het verleden hier als klankbord - en als forum tevens gebruikt wordt voor het heden en zijn ontwikkelingen. Dat dus de brieven in feite gericht zijn tot de mensen van nu, die aangesproken worden doordat óver hen en hun problemen in de vertrouwelijke tweede persoon enkelvoud gesproken wordt met vroegere getuigen; waardoor mede de tijd - en de eeuwigheid - als vierde dimensie van de mensengemeenschap voortdurend wordt ingeroepen.

 

Men kan bij het veertigtal tussen 1970 en 1975 gepubliceerde en in 1976 onder de titel Illustrissimi gebundeld uitgegeven brieven hiermede in vertaling verschijnend - een statistiek aanleggen over de geadresseerden. De uitkomsten zouden wijzelf op een indrukwekkende wandeling die de 'besteller' moest afleggen door de tijd, van de Oudtestamentische en Griekse oudheid tot onze moderne eeuw; op een insgelijks vele schreden vergende geografische spreiding-, op een bonte en soms verwonderlijke variëteit naar levensstaat en beroep. Maar belangrijker is de variëteit van de actuele problemen die in de brieven aan de orde komen en waarvan er geen uit de weg wordt gegaan; en de verscheidenheid van de groepen in de huidige samenleving, die geacht worden over de schouder van de 'illustere' geadresseerden mee te lezen.

 

Een opsomming van de aangeroerde thema's zou hier ondoenlijk, en elke greep daaruit willekeurig zijn. Men leze de brieven om te ontdekken dat de overgeslagen werkelijk actuele thema's waarschijnlijk vlugger opgenoemd zouden zijn; en dat al het wel behandelde met mildheid en bezorgdheid benaderd wordt, met eerlijkheid en met mensenliefde.

 

Maar zo rijk-beladen aan inhoud, zo licht van vorm is deze 'correspondentie': in een taal die men meer hóórt dan leest, sprankelend van esprit, van luchtige zinspelingen en toespelingen, op het juiste moment ingelaste anekdoten, kernachtige gezegden, rake typeringen, aforistische humor... Doch ook hiervoor zij naar de tekst verwezen.

 

Men mag kiezen, wat men in deze 'brieven' het meest wil waarderen: de pastorale bewogenheid waarvan zij bezield zijn, dan wel de vlotheid en gevatheid waarmee die bewogenheid tot uitdrukking werd gebracht. Wie de brieven vooral om hun levendige, directe en geestige stijl wil savoureren, hem zal de pastorale inhoud heus geen nadeel berokkenen; en hen die het vooral om deze inhoud te doen is, zal het lachen niet schaden. Maar mogelijk ook -ja, waarschijnlijk zelfs - komt menigeen, al lezende en verder lezende, tot de ontdekking dat een keuze tussen vorm en inhoud helemaal niet nodig is. Wat dan het talent van schrijver Luciani verraadt... en de glimlach van paus Luciani verklaart.

 

 

H. ten Doeschate